In het konijnenhol zaten we, mijn man en ik. Voor het eerst sinds twintig jaar (en mijn man sowieso voor het eerst) ging ik afgelopen weekend weer eens naar een festival mét overnachting. Drie zelfs. Het was even wennen aan het campingleven, met drie tenten op de vierkante meter gepropt en vijfentwintig wachtenden voor u in de rij voor de douches maar toen ik de slag te pakken had (lees: me overgaf aan dat wat was, zoals lange rijen, hitte, een chronische zweet-bh en zwarte voeten), kon het niet meer stuk.

Naast natuurlijk Muziek met een hoofdletter M, waren er nog drie duidelijke thema’s aanwezig: sorry, sokken en nattigheid.

Sorry. Bij het passeren in de menigte: ‘Sorry, mag ik er even langs?’ Bij het knoeien van bier over mijn arm of het pletten van mijn tenen: ‘Oeh sorry!’ Colin Benders, van ooit Kyteman die tijdens Lowlands 2009 het weergaloze Sorry ten gehore gaf, was er ook. Maar ik zag alleen een glimp van een bos krullen heen en weer springen voor een unit met veel draadjes en knoppen; meer viel er niet te zien door de honderden mensen die wel op tijd waren. Dus sorry Colin, we zijn toch maar doorgelopen.

Sokken. Ik heb een nieuwe trend waargenomen op DTRH. Sokken in sneakers. En dan geen sokjes die je niet ziet, nee, witte hoge tennissokken. Of welke andere kleur dan ook trouwens. Flink hoog opgetrokken. Té lelijk. Het zal de generatiekloof wezen maar ik vind het geen porem. Bij niemand. Trek uit die maffe dingen onder je korte broek!

Nattigheid. Gerstenat, natuurlijk. Geen hand te bekennen zonder een blikje of bekertje bier erin. En zweet spetterde rond, heel veel zweet de hele tijd overal bij iedereen. Water, dat ook. Flesjes vol, zonder dop, zodat je er niet mee kon gooien. Waterpistolen werden leeggeschoten op vrienden en voorbijgangers en het meer op het terrein zat vol met festivalgangers. Er was ook een gierwagen die water sproeide tegen het stof. Ja, het was echt water. Het hielp hooguit een uurtje en het eelt onder mijn voeten wordt nooit meer schoon.

Ten slotte kreeg ik bij drie artiesten natte ogen. Vrijdagavond bij Queens of the Stone Age. Toen Josh Homme opkwam en samen met zijn maten de gitaren liet gillen, moest ik even heel erg aan mijn broertje denken. Hij vond QOTSA fantastisch en had ze gewoon nog honderd keer moeten zien. Het drong in alle hevigheid tot me door dat ik ze nu zelf ein-de-lijk live mocht aanschouwen en dat Koen dat nooit meer zou doen. De tweede keer waterige oogjes was bij het optreden van Wende. Dat mens is zó intens, onmogelijk om je daarvoor af te sluiten. Haar stem gaat door muren heen. En tot slot Nick Cave, zondagavond. In 2015 verloor hij zijn toen 15-jarige zoon. Twee nummers over dit verlies deed hij voor de rabbits, die allemaal ademloos (én stil! #hetkanduswel) stonden te luisteren. Ik ook, met wazig zicht. Wonderschoon, eindeloos tragisch.

Doodmoe, honderden euro’s lichter en riekend naar rotte citroenen doken wij nog eenmaal ons tentje in, om er maandagochtend krakend en met wallen tot op onze knieën uit te kruipen. Ik had het niet willen missen.