Een vriendin zei dat haar oma deze uitspraak (zie titel) zou loslaten op de hoofdrolspeler in het datingverhaal dat ik via WhatsApp met haar deelde. Betreffende hoofdrolspeler bleek een man die dacht dat mijn hart een laboratorium was waarbinnen hij maximaal met zijn gevoelens (en die van mij) kon experimenteren. Ik kan weer een liefdesles bijschrijven op mijn CV. If it looks like a duck, swims like a duck, dan speelt er iets als bindingsangst, hechtingsissues, you name it. Rot voor hem, dat meen ik, maar in dit geval ook voor mij en de dames die zijn pad nog gaan kruisen.

Daten is een vak apart. Een bijbaan, als je niet oppast. Die bovendien slecht betaalt, tenzij je galante knakkers treft die gul hun virusvrije pinpas trekken. Hoeft voor mij niet, maar ben wel zo ouderwets dat ik het waardeer. Voor de goede orde: het aantal dates dat in mijn balboekje terecht is gekomen, kan ik nog steeds op één hand tellen. Al sluit ik niet uit dat dit voor het einde van het jaar anders is.

Ik zou het ook niet kunnen doen. Daten. En gewoon kijken of ik iemand in het wild tref. Maar met mogelijk een tweede coronagolf onderweg, wordt die kans bepaald niet groter. Dus deze serieuze moeder met een serieuze baan, huis, auto en een leven, begeeft zich op het aalgladde pad van de veegapp Tinder. There, I’ve said it.

Knappe mannen, lelijke mannen, ertusseninmannen, mannen die skiën, motorrijden, bootje varen, parachutespringen, bergbeklimmen, wielrennen, mannen die gruwelijke spel- en taalfouten maken (het is ‘betalend lid’ heren, geen ‘betaald lid’, dat laatste noemen we een gigolo), mannen die niet kunnen chatten en precies NUL vragen stellen.

Selfies met onderkinnen, in zwembroek, foto’s die no way matchen met de echte leeftijd, foto’s met hun kinderen (kan iemand deze mannen tegenhouden?). Ze kijken Netflix, kunnen goed thuis zijn maar gaan ook graag op stedentrip, zijn sportief, beschikken over IQ en EQ (dat laatste beoordeel ik zelf wel heren), biertje, wijntje, allemaal levensgenieters, en oh ja: ze willen allemaal een lieve, zorgzame, zelfstandige vrouw met humor waarmee een goed gesprek mogelijk is. Totdat ze er zo eentje treffen, dan schrikken ze zich kapot. Bij lief en zorgzaam had ik mogen stoppen. Als extra USP hebben ze de boel op de rit. Mag ik goffedomme hopen als je de 40 of 50 voorbij bent. En ze zijn niet op zoek. I kid you not, dat zetten ze er echt bij, op een datingapp.

Maar.

Het is ook leuk. Grappige mannen met goeie teksten, mannen die wél reageren op een chat of daar zelf mee beginnen, mannen die moeite doen, oprechte kerels met het hart (en de bierbuik) op de goeie plaats. Mannen die relaxed reageren als je zegt dat je een date verder niet ziet zitten, waardoor je bijna op je beslissing zou terugkomen. Mannen die je een ontbijtje op bed willen bezorgen en echt niet in het park willen afspreken omdat ze hooikoorts hebben. Reken maar dat ik af en toe hardop in de lach schiet bij het lezen van de doorzichtige pogingen om direct tussen de lakens te belanden. En dan was daar de man die na mijn antwoord op zijn vraag ‘Waar gaat je boek over?’ per ommegaande de match verwijderde. Ja, geestig.

Het is een wereld op zich. Ik ben uiteraard selectief in met wie ik afspreek, niet in de laatste plaats vanwege corona. Iedere chat of date zou een blog kunnen opleveren, maar ja, iets met privacy. Dus ik noem geen namen of details die naar een persoon herleiden. Zelfs niet als een meneer meent dat hij me wekenlang de hemel in kan prijzen, mijn vraag ‘what’s the catch’ wegwappert met de wedervraag ‘ben jij echt zo cynisch?’, me met droge ogen herhaaldelijk vertelt dat hij nog nooit zo’n klik gehad heeft met een vrouw, om 00.11 uur nog verliefd appt en om 09.01 uur de stekker eruit trekt. Of nee, hij twijfelde. Waarna ik de bal zelf maar binnen schoot, ook dat nog. Wil iemand zijn adres en telefoonnummer?

Achteruit ermee.