Maandag was het zover: ein-de-lijk een stukje fietsen met mijn dochter! Bij Roel heeft ze al vaak voorop de fiets gezeten. Het liefst was hij direct na de geboorte met haar gaan fietsen. Maar hij heeft toch maar gewacht tot ze een beetje kon zitten.  Ik heb gewacht tot het niet meer zo belachelijk koud was én ik een heuse mamafiets had gescoord. Zo’n echte: met een zitje, bijpassende fietstassen, een stevige standaard en een lage instap. Volstrekt niet hip & happening (laten we eerlijk wezen, zo’n gevaarte heeft een vrij hoog Miss Etam gehalte) maar erg praktisch. En ik ben dol op praktisch, vooral sinds ik een kind heb.

Goed. Ik hijs Vera in haar paarse vestje met bloemetje aan de rits en plant haar in het zitje, waarvan ik de voetsteuntjes geheel zelfstandig (geen man aan te pas gekomen) op de juiste hoogte heb ingesteld. Gewillig laat ze zich vastzetten in de riempjes en plaatst haar handjes op het stuur, alsof ze hoogstpersoonlijk de route gaat bepalen. Ik stijg op het zadel en voel me als een kind dat zojuist een verjaardagskado heeft gekregen: jubelend, opgetogen.  Daar ga ik, trots als een pauw op het simpele feit dat ik hier toch maar mooi fiets, samen met mijn kind. We verlaten onze straat en al snel wapperen onze haren in de wind. Vera brabbelt en wijst alles aan, maakt niet uit wat. Vooral de vogels hebben haar warme belangstelling. ‘Poepoe’ noemt ze die, geen idee hoe ze daarbij komt. Ik doe met haar mee en roep telkens hoe mooi ik de ganzen en de bomen en de auto’s en de lucht vind. Heel af en toe dwalen mijn gedachten af. Hoe ging dat liedje toch ook weer dat mijn vader altijd zong als ik bij hem achter op de fiets zat? Iets met veilig achterop. Bij thuiskomst zoek ik het op. Lang leve google, het blijkt een lied van Paul van Vliet en van het refrein zong mijn vader altijd de eerste twee regels. Zo gaat het:

“Veilig achterop bij vader op de fiets

Vader weet de weg en ik weet nog van niets

Veilig achterop, ik ben niet alleen

Vader weet de weg, vader weet waarheen

Ik weet nog hoe het rook, ik weet nog hoe het was

Met m’n armen om ‘m heen, m’n wang tegen z’n jas

Vader weet de weg en ik weet nog van niets

Veilig achterop bij vader op de fiets”

Die veiligheid, dat je niks kan gebeuren, op de fiets bij je vader of moeder. Zo voelde dat voor mij pak ‘m beet 35 jaar geleden. Dat gevoel hoop ik ook op Vera over te brengen.