Als je verkering uit is, gaat elk liedje op de radio over jouw hartenpijn. Iedereen die een gebroken hart heeft (gehad), weet dat. Zelf bewaar ik goede herinneringen aan ‘R.U. Kiddin’ me’ van Anouk. Vol overgave gilde ik mee met de radio of in de kroeg:  ‘What has she got that I don’t have?’, uiteraard afgerond met de hoopvolle slotzin: ’I am better then.’

Aan dit fenomeen moest ik denken toen ik afgelopen week mijn laatste vakantiedag in de sauna doorbracht. Sinds ik intensiever met mijn boek over mijn dode broer bezig ben, stuit ik om de haverklap op verhalen en interviews die gaan over zelfdoding, depressie, dode broers of zussen. Ik zoek het er niet op uit. Denk ik.

Ik bestelde een geitenkaassalade en las er een blad naast, want ik was alleen. Eerst de Fd Persoonlijk, gevolgd door Vrouw, bij gebrek aan de Linda of Flow. In de Fd Persoonlijk stond een verhaal van Bert Natter, journalist/schrijver/uitgever, waarin hij vertelde over zijn overeenkomsten met Koning Willem-Alexander. Zo hadden ze bij elkaar op school gezeten. En ze hebben allebei een dode broer. Bert Natter schreef er invoelend over.

De geitenkaassalade smaakte prima, de Fd Persoonlijk was uit en ik begon aan Vrouw. Daarin een interview met actrice Rifka Lodeizen, onder andere over haar rol als moeder van een overleden zoon in de film Tonio, naar het boek van  A.F.Th. van der Heijden. Hij schrijft hierin over het verlies van zijn enige kind, Tonio. Ik durf het tot op de dag van vandaag niet te lezen. Te confronterend. Enerzijds vanwege de pijn die ik zie bij mijn eigen ouders (lastiger te verdragen dan mijn eigen gemis), anderzijds omdat ik zelf moeder ben en de gedachte dat onze dochter… Ik kan het niet eens opschrijven.

Tijdens de twee vakantieweken op La Palma eind juli, begon ik aan het boek ‘Het smelt’ van de Vlaamse schrijfster Lize Spit. Niet gehinderd door inhoudelijke voorkennis maar getriggerd door de lovende kritieken, leek het mij een goed idee dit debuut te lezen. En inderdaad, vanaf de eerste bladzijde: rake zinnen, authentieke metaforen en prettig schurende formuleringen. Al snel kwamen er een depressie, een dood zusje en een strop voorbij. Het thema zelfdoding werd later nog verder uitgediept. Een pijnlijk goede roman die ik – hoe gek dat ook moge klinken gezien de thematiek – met bijzonder veel genoegen heb gelezen.

Zoals de liefdesliedjes hielpen mijn gebroken hart te lijmen en vooruit te gaan, zo helpen de persoonlijke verhalen en krachtige romans over verlies om door te gaan met schrijven. Het kan geen toeval zijn dat ze mijn pad kruisen. Dat boek gaat er komen.

P.S. Ik mag het graag nog eens in herinnering brengen: ten tijde van mijn deelname aan de debutantenschrijfwedstrijd van online schrijfacademie Editio, schreef mijn collega B., a.k.a. Tammo Tamminga, een ontroerend lied geïnspireerd op mijn verhaal. Luister hier.